Kinderverhaal: Een verhaal uit Nepal

Dit verhaal komt van de kinderpagina van HVC. Naar de kinderpagina >

In India is in de stad Coimbatore een tehuis waar meisjes wonen die geen ouders meer hebben, of die uit hele arme gezinnen komen. Meer dan 13 jaar geleden kwamen er 17 meisjes uit Nepal in dit tehuis terecht. In Nepal was toen een burgeroorlog en deze meisjes waren met mensensmokkelaars meegegaan naar India. Ze moesten hun huizen en families achterlaten.

Annia en Miriam zijn twee zusjes. Ze zijn geboren in Humla, een verafgelegen gebied in Nepal. Annia en Miriam kwamen als kleine meisjes in India terecht, maar in het Michael Job Center zijn ze met veel liefde opgevangen. Daar hebben ze voor het eerst de verhalen uit de Bijbel gehoord. Nu geloven de twee zusjes in de Heere Jezus.

Jaren later vertellen ze dat ze erg graag terug zouden willen gaan naar Humla. Ze willen het Evangelie brengen aan hun vader en moeder en aan de andere mensen in hun dorp. De mensen in het dorp zijn Hindoe. Ze geloven in veel goden. Wat zullen ze zeggen, als Annia en Miriam hen vertellen dat de God van de Bijbel de enige ware God is? Lees het verhaal maar eens, dan zul je ontdekken dat het niet makkelijk is voor Annia en Miriam om bij hun ouders te komen. Toch gaan ze op reis, want ze hebben er alles voor over om hun ouders over de Heere Jezus te kunnen vertellen:

"Nog even! Dan zullen Annia en Miriam hun vader en moeder weer terugzien. Hoe zullen ze eruit zien? Annia en Miriam weten het niet meer. Ze waren zelf nog zo klein, toen ze weggingen. Al tien jaar hebben ze hen niet gezien. Annia en Miriam vinden het best spannend. Het kriebelt in hun buik. 

Als Annia en Miriam in het vliegtuig naar Simikot zitten, proberen ze zich voor te stellen hoe de ontmoeting met hun vader zal zijn. Hij zal hen in Simikot al ontmoeten en dan moeten ze daarna nog een paar dagen naar het zuiden lopen om in Jaïra te komen, een dorpje in het Humla-gebied. Ze zullen met muilezels reizen, die spullen zoals Bijbels, voedsel en medicijnen zullen dragen. Er reizen nog meer mensen mee. Evangelist Philip en zijn zus Sabitra, een dokter en een paar mannen uit Nederland.

Het vliegtuig begint al te dalen. Even later raken de wielen de grond en het vliegtuig staat al snel stil. Simikot is een stadje dat tegen een berghelling ligt. De huisjes zijn gemaakt van hout en, steen en stro. Daar staat hun vader op de uitkijk. Voor dat Annia en Miriam het echt beseffen, staan ze voor hun vader. Ze groeten elkaar, zoals je iemand groet die je nog niet kent en ze geven elkaar een hand, maar het is nog zo onwennig.

De volgende dag begint de lange reis te voet. De muilezels die waren besteld. waren zijn er niet. Daarom worden er snel 12 menselijke dragers ingehuurd, die allemaal 40 kilo kunnen dragen. Gelukkig hoeven Annia en Miriam niet zoveel te dragen. Het pad waar ze over moeten lopen ligt vol met losse stenen en af en toe glijdt er iemand onderuit. Soms komen er van boven stenen naar beneden rollen. Dat komt door de wilde dieren, zoals de bergleeuw, het sneeuwluipaard en de wilde geiten, die boven in de bergen leven. De zon brandt fel en iedereen mag maar één liter water per dag drinken. Om in Jaïra te komen, moet de groep ook nog een rivier oversteken en over een hele smalle touwbrug lopen. Het is moeilijk voor Annia en Miriam, maar ze zien er zo naar uit om hun moeder te zien en om de mensen in hun geboortedorp over de Heere Jezus te vertellen.

Daar zien ze het dorpje Jaïra liggen en daar ontmoeten ze hun moeder. Ze is zo blij om Annia en Miriam weer te zien. Nu zien ze voor het eerst hun jongere broertje en zusje en eindelijk kunnen ze hun familie het evangelie vertellen. Philip vraagt of hij een evangelisatiebijeenkomst mag houden. Dat is goed. Veel mensen uit het dorp komen en Philip vraagt of er iemand is die wel eens over de Heere Jezus heeft gehoord. In heel het dorp en is er niemand die zijn vinger opsteekt. Dan begint Philip te vertellen. Hij begint bij het verhaal van de schepping. Hij vertelt over de eerste zonde. Hij vertelt over de Heere Jezus, dat hij naar deze wereld kwam om te lijden en te sterven voor onze zonden. Hij  vertelt ook dat hij zelf eerst Hindoe was, maar nu in de Heere Jezus gelooft en dat hij daarom niet bang meer hoeft te zijn.

Veel mensen huilen als ze naar Philip luisteren. Dan vraagt Philip: “Wie wil de Heere Jezus volgen als de enige ware God?” Bijna alle mensen steken hun hand op. Wat willen deze mensen graag over de Heere Jezus horen! “Hoe kunnen we meer over Hem leren?” vragen ze. De mensen die kunnen lezen krijgen een Bijbel en Annia en Miriam blijven in het dorp om de kinderen uit de Bijbel te vertellen en om te praten met hun familie en dorpsgenoten. Een dominee uit Kathmandu komt ook naar Jaïra om de mensen een paar maanden uit de Bijbel te vertellen. Elke zaterdag is er een kerkdienst in Jaïra en daar komen wel 100 mensen bij elkaar.

Blij kijken Annia en Miriam elkaar aan. Ze hebben in hun leven heel moeilijke dingen meegemaakt, maar nu begrijpen ze dat God hen uit Nepal in India moest brengenbracht om Hem daar eerst te leren kennen. Daarna heeft God Annia en Miriam teruggebracht om Zijn blijde boodschap in Jaïra te brengen."


Dit verhaal komt van de kinderpagina van HVC. Naar de kinderpagina >

Blijf betrokken

Ontvang het laatste nieuws over christenvervolging via e-mail (circa 2 e-mails per maand) of per post en leef mee met vervolgde christenen!

Contact

Stichting Hulp Vervolgde Christenen
Dorpsweg 85
4221 LJ Hoogblokland (NL)
info@stichtinghvc.nl

+31 (0)183 - 563 628

bereikbaar tijdens kantooruren

Maak uw gift over

ABN AMRO: NL51 ABNA 0561 4551 39
ING: NL18 INGB 0003 1340 57

Doneer online

Doneer nu        ANBI

Volg ons op

Stichting HVC helpt vervolgde christenen.