Noord-Korea
Al jaren kent Noord-Korea hevige christenvervolging. Christenen in dit land moeten in het grootste geheim hun geloof belijden, anders volgt een werkkamp of de doodstraf.
Noord-Korea
Al tientallen jaren hevige
christenvervolging
Geloven in het diepste geheim
De ruim vijfentwintig miljoen inwoners van Noord-Korea hebben het bijzonder moeilijk. Sommigen beschrijven de totale dictatuur als 'een open gevangenis'. Er is grote armoede en elke misstap wordt zwaar bestraft. Eén van deze misstappen is het aanhangen van het christelijke geloof. Christenen in Noord-Korea lopen groot gevaar.
Hoe is dit zo gekomen? Dit leggen we uit in deze video:
Hoeveel christenen Noord-Korea telt, is onbekend. Officiële cijfers zijn er niet en veel christenen beleven hun geloof in het grootste geheim. Noord-Korea telt een aantal kerken die gecontroleerd worden door de staat. De overheid wil op die manier de wereld laten zien dat er wel degelijk vrijheid van godsdienst is. Het tegenovergestelde is echter waar. Het bezitten van een Bijbel is voor het Noord-Koreaanse regime al genoeg reden om een christen te arresteren en zelfs naar een concentratiekamp te sturen. Naast concentratiekampen kent Noord-Korea ook de doodstraf, die christenen in het land dikwijls krijgen.
Christenen in Noord-Korea moeten in het grootste geheim samenkomen. Er is niet alleen angst voor de controle van de overheid, ook buren, dorpsgenoten en familieleden kunnen je aangeven bij de politie. Door jarenlange indoctrinatie zijn veel Noord-Koreanen doordrongen van het ‘gevaar’ van het christendom. Christenen worden afgeschilderd als spionnen, verkrachters en moordenaars. Veel christenen in Noord-Korea leven dan ook in grote eenzaamheid. Niemand is te vertrouwen.
Uit de verhalen van vluchtelingen uit Noord-Korea blijkt dat er na jaren van vervolging nog steeds christenen in Noord-Korea zijn en dat de kerk zelfs groeit. Het Evangelie wordt onder Noord-Koreanen niet alleen in het land zelf verspreid, maar ook aan Noord-Koreaanse gastarbeiders die werken in buurland China.